Onlangs heeft de Hoge Raad een uitspraak gewezen over de klachtplicht binnen het arbeidsrecht. Ik zal eerst even kort de feiten bespreken en dan het oordeel van de Hoge Raad.
Feiten
Het ging in deze om een horecazaak. Na een dienst moest er dan nog gepoetst worden en de kassa geteld worden. Tijdens deze werkzaamheden werd en door de medewerkers wel al een drankje gedaan.
De betreffende medewerkster is in 2011 in dienst getreden en ging in 2018 uit dienst. Tijdens het dienstverband werd er maandelijks een loonstrook verstrekt waarop de overuren netjes vermeld stonden.
Na einde dienstverband geeft werknemer aan dat er te weinig overuren zijn uitbetaald. Het tellen van de kas en schoonmaken na sluitingstijd was namelijk niet betaald.
Procedure
Werknemer start na einde dienstverband te procedure en verzoekt om uitbetaling van de te weinig uitbetaalde overuren. Werkgever geeft aan dat er in strijd met de klachtplicht en de rechtsverwerking is gehandeld en dat de vorderingen moeten worden afgewezen. De hoogte van de overuren wordt ook nog betwist. Er was volgens werkgever niet zo veel te doen (er was een schoonmaakploeg en tijdens de werktijd werden al veel sluitingswerkzaamheden gedaan). Dat de werknemers erna nog lang bleven zitten samen, dat is geen werktijd.
In casu geldt de horeca CAO. Deze bepaalt – kortgezegd – dat aan het einde van het kalenderjaar de overuren vergoed worden (tijd voor tijd). Als een werknemer niet binnen de gegunde termijn tijd voor tijd heeft gekregen, dan is er nog een korte periode dat het omgezet kan worden naar geld.
Eerst oordeel de kantonrechter en het Hof: zij wezen de vordering van werknemer af. De werknemer had eerder moeten klagen. Als werknemer dit namelijk had gedaan, dan had werkgever de arbeidsovereenkomst kunnen aanpassen of tijd voor tijd kunnen geven. Dus dit had werknemer eerder moeten zeggen en werknemer had het kunnen weten: de overuren stonden namelijk op de loonstrook.
De Hoge Raad bevestigt vervolgens deze uitspraken.
Op grond van de klachtplicht werd dus de vordering van werknemer afgewezen. Maar wat is de klachtplicht?
Als de schuldeiser – zoals in dit geval – merkt dat hij/zij niet volledig betaald wordt voor het werk dat wordt verricht en werknemer kan zich ervan bewust zijn, dan moet de werknemer aan de bel trekken om de schuldenaar – in deze de werkgever – in staat te stellen om er iets aan te doen. Je moet de werkgever de kans geven om alsnog deugdelijk te presteren. Het moet dus gaan om een gebrek in de prestatie (in deze het niet volledig uitbetalen van de overuren).
In deze situatie was van belang dat op de loonstrook de overuren duidelijk waren vermeld. De werknemer wist dat hij meer overuren had en wist dus dat er een stuk was wat hij niet kreeg. Hier had hij niet 7 jaar over mogen zwijgen.
Wat kunnen werknemers en werkgevers leren van deze uitspraak? Werknemers: klaag tijdig over een gebrek aan de zijde van werkgever. Werkgevers: zorg dat duidelijk is binnen de organisatie welke uren wel werktijd zijn en welke uren geen werktijd zijn. Als jij als werkgever vindt dat poetsen en kassa tellen (met een drankje) geen werktijd is, dan moet je als werkgever ervoor zorgen dat die werkzaamheden voor sluitingstijd – zoveel mogelijk – worden verricht én maak de regels kenbaar voor werknemers in bv. een personeelsreglement.
Vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op via info@beckers-juridischadvies.nl of 06 498 41 985.